Strenge maatregelen voor purschuim-isolatie
Jaarlijks worden er 10.000 woningen geïsoleerd met purschuim. Bij purschuim worden er twee chemische componenten samengevoegd en in de kruipruimte tegen de vloer van een woning gespoten. Bij deze vorm van isolatie gaat het in de meeste gevallen goed, maar er is gebleken dat het soms ook fout kan gaan. Het mengen van de chemicaliën gaat niet altijd goed, dan stopt het chemisch proces niet waardoor er dampen ontstaan. Tientallen bewoners hebben tot nu toe last van gezondheidsproblemen, zij worden ziek van de dampen van het purschuim. Ze zijn gevoelig voor de giftige stoffen en hebben te maken met een allergische reactie als ze er weer mee in aanraking komen. Deze mensen kunnen niet in hun woning blijven wonen.
Eisen zijn aangepast
Er is lange tijd ontkend dat er een verband is tussen de klachten van bewoners en de isolatie, maar als gevolg van deze gezondheidsproblemen zijn er nu toch Europese richtlijnen ontwikkeld voor vloerisolatie met purschuim, dit is besloten door de Europese brancheorganisatie Isopa. Het isoleren met purschuim mag alleen nog als er strenge veiligheidsmaatregelen in acht worden genomen. Zo moeten de bewoners tijdens het aanbrengen van de isolatie de woning verlaten. Daarnaast moet er goed geventileerd worden en wordt de woning achteraf goed geïnspecteerd op giftige stoffen. Op deze manier kan geconstateerd worden of de chemische componenten verkeerd zijn gemengd. Daarnaast komt er voor isolatiebedrijven een nieuw streng Europees certificaat. Dit certificaat toont aan of een isolatiebedrijf voldoet aan de eisen die gesteld zijn aan het aanbrengen van isolatie met purschuim.